Ga naar de inhoud

Bonnie ‘Prince’ Billy, The Purple Bird 

Bonnie ‘Prince’ Billy, The Purple Bird Een altijd weer enorm boeiend mens, Will Oldham alias Bonnie ‘Prince’ Billy. Zijn albums zijn als bloemen in een wilde tuin. Viooltjes en distels, pinksterbloemen en zuring, het staat er allemaal. Johnny Cash zingt er zijn schitterende ‘I See A Darkness’ en Bonnie ‘Prince’ Billy heeft er in alle rust een vers ei gelegd, een heus countryalbum.

Will Oldham, singer-songwriter-muzikant-acteur wordt op 15 januari 1970 geboren in Louisville, Kentucky. Een ware kunstenaar met diepe muzikale artistieke zakken waar hij muziek uit put die hij soms in de half open gescheurde verpakking laat zitten. Rafelig atonaal en gemankeerd gezongen. Bijtend liefelijk, donker humoristisch en/of melancholisch, gebed in aangrijpende melodieën. De kleur van zijn albums laat hij regelmatig meebepalen door samen te werken met muzikanten die ook een geheel eigen stempel hebben ontwikkeld. Dat zorgt voor mooie verrassingen zoals het album ‘Hello Sorrow / Hello Joy’ uit 2020 dat hij maakt onder de bandnaam ‘Three Queens In Mourning’. Onder andere Alasdair Roberts, de Schotse folkmuzikant, speelt mee. Ook mensen als Matt Sweeney (Superwolf en Superwolves uit resp. 2008 en 2021) en Bill Callahan (Blind Date Party 2022) zijn muzikale vrienden.

Zo intensief als hij met anderen muziek maakt zo teruggetrokken is Oldham als het gaat om publiciteit, afgezien van zijn clips, waarin hij vaak als een sombere clowneske man optreedt. Door het gezinsleven te omarmen en zeker na de verkiezing van Trump heeft Oldham besloten zich meer op de wereld direct om zich heen te richten. “Mijn focus is nu lokaal”, zegt hij in een zeldzaam interview, “Ik moet minder tijd besteden aan zaken waar ik geen enkele controle over heb”.

Produceren laat hij zelden over aan een producer, maar nu op ‘The Purple Bird’ heeft hij zeer goede vriend en (country)producent David Ferguson gevraagd zijn stempel op het album te drukken. In Nashville met een keur aan doorgewinterde muzikanten wordt het opgenomen. Gestroomlijnder en vaster dan ooit, meer countryfolk van een herkenbaarder soort, maar ook ontegenzeggelijk een album van Bonnie ‘Prince’ Billy. Met ‘Turned To Dust (Rolling On)’ stroomt een prachtige countrymelodie direct heerlijk het oor in. Deze song lijkt een ogenschijnlijk antwoord te geven op hoe het leven te leven in de korte tijd die ons gegeven is. Gedragen piano, diepe bas, een traag verloop met toetsen, viool en backingvocal. De duisternis van het leven en de draaibaarheid van de mens komt op ‘London May’ heel dichtbij. Ondanks onze behoefte overwint liefde niets. De song is ondanks de prachtige meeslepende melodie beklemmend heel anders dan het lullige ‘Tonight With The Dogs I’m Sleeping’. De trieste overwegingen van een verslaafde kroegloper in een humorvolle honky tonk song. De zwalkende blazer zet een toontje bij. Het is op ‘Sometimes It’s Hard To Breathe’ als het je vastgrijpen aan een spekgladde reddingsboei. Je houdt het even vol om het goed te doen. In een prachtige slepende hallucinerende melodie bezingt Bonnie het benauwde gevoel van onmacht om het goed te doen, maar troost je ermee dat het soms even goed gaat. Een prachtige song waarin je hoort doorklinken dat hij het hoger op zoekt. Geen randjes maar direct het hart in. Bijna sacraal als een spiritual is de zanglijn van ‘Is My Living In Vain’. Licht en diep donker lopen de instrumenten langzaam samen op als een trage dans. ‘Our Home’ is de afsluitende verandasong waarin verder kijken dan de zonsondergang genoeg is, maar bewaar toch maar wat voor morgen, want je weet maar nooit.

Welke kant valt Bonnie ‘Prince’ Billy op? Of blijft het een worsteling vol twijfels. Er staan in ieder geval veel sterren aan de hemel die zich aan dit twaalf songs tellende album willen geven.