Ga naar de inhoud

Paul Carrack & The SWR Big Band, Don’t Wait Too Long

De Engelsman Paul Carrack heeft jarenlang gespeeld in Squeeze, een van de leukste Engelse groepen. De band maakte in de zeventiger en tachtiger jaren poprock die vooral in Engeland aansloeg. ‘Cool For Cats’, om een nummer te noemen, is waarschijnlijk de grootste hit en kan door iedereen worden meegezongen.

Paul Carrack timmerde voor Squeeze al aan een eigen muzikale weg. In de groep Warm Dust nam hij de toetsen voor zijn rekening, maar hij pakte net zo gemakkelijk de gitaar op. Warm Dust speelde jazz rock en elke zaal in Engeland plat. Op de podia en veelal vrijuit experimenterend verbeterde Carrack zijn spel per optreden. Het was niet meer dan logisch dat hij steeds meer sessiewerk kreeg aangeboden.

Het solodebuut Nightbird verscheen in 1980 en was geen succes. Carrack werd door Glenn Tilbrook gevraagd de gelederen van Squeeze te versterken. Toetsenist Jools Holland verliet de groep om solo op pad te gaan. Lezen over de carrière van Carrack is fascinerend. Namen als Nick Lowe, Roxy Music, Mike + The Mechanics, John Hiatt, The Smiths, The Pretenders, Roger Waters, B. B. King en Ringo Starr komen langs. Carrack heeft met zo ongeveer iedereen in de muziekwereld gespeeld.

Los van compilaties en live albums is Don’t Wait Too Long de negentiende solo langspeler van de Engelsman. Carrack is diep de eigen platencollectie ingedoken en heeft twaalf covers opgenomen. De eerste singel ‘Cryin’ Won’t Help You’ is een eerbetoon aan B. B. King, de componist van het liedje. Solomon Burke schreef ‘Got To Get You Off My Mind’ (1965) en Sam Cooke is verantwoordelijk voor ‘Bring It On Home To Me’ (1962). Dat zijn drie van de bekendere tracks. Carrack daagt de luisteraar uit om de namen van de overige componisten in te typen en de muziek te beluisteren. Don’t Wait Too Long is veel meer dan een prettige verzameling muziek.

Er is muziek uit de gouden jaren van de blues, liedjes boordevol gospel en country, composities die de jazzachtergrond van Carrack verraadden. Hij heeft daarbij een uitgelezen gezelschap muzikanten naar de studio gevraagd. Uiterst relaxed en met heel veel plezier wordt er iets meer dan vijfenveertig minuten gemusiceerd. Paul Carrack nodigt de luisteraar de dansvloer in de eigen huiskamer op te gaan. Zachtjes swingend en zonder een zweetdruppel is het prettig bewegen op Don’t Wait Too Long. (Carrack-UK)